55.000
De eerste lezing beschrijft het martelaarschap van Stefanus. Hij ziet de hemel geopend en Jezus staande (niet zittend deze keer) aan Gods rechterhand, wat een teken is van Christus’ betrokkenheid bij zijn volgelingen. De tweede lezing bevat Jezus’ belofte: “Zie, Ik kom spoedig.” Hier wordt Christus voorgesteld als de Alfa en de Omega, die rechtvaardig zal oordelen en zijn volgelingen zal belonen. De oproep “Kom, Heer Jezus!” weerspiegelt het verlangen naar zijn wederkomst en de vervulling van Gods koninkrijk. De evangelielezing is Jezus’ gebed voor eenheid onder zijn volgelingen. Hij vraagt dat zij “één mogen zijn”, zoals Hij en de Vader één zijn. Dit gebed benadrukt de liefde van God en de roeping van gelovigen om in die liefde te leven.
Het verband tussen deze teksten ligt in de hemelse visie, de verwachting van Christus’ terugkeer en de oproep tot eenheid en vergeving. Stefanus ziet de verheerlijkte Christus, Openbaring (of Apokalyps) bevestigt dat Hij spoedig zal komen, en Johannes 17 benadrukt dat gelovigen in die heerlijkheid mogen delen door hun eenheid in Christus.
Het aantal christelijke denominaties (of soorten kerken) wereldwijd wordt soms geschat op ongeveer 55.000 (!), hoewel dit cijfer varieert afhankelijk van hoe denominaties worden gedefinieerd. Dit lijkt in tegenspraak met de oproep tot eenheid die Jezus deed in Johannes 17, 21, waar Hij bad dat zijn volgelingen “één zouden zijn”.
Toch zien veel christenen deze diversiteit niet per se als een breuk met die oproep. Christelijke gemeenschappen hebben zich door de eeuwen heen ontwikkeld in verschillende culturen en contexten, wat heeft geleid tot uiteenlopende tradities en interpretaties. Sommige denominaties leggen de nadruk op liturgie, anderen op spontane aanbidding, en weer anderen op sociale rechtvaardigheid. Dit kan worden gezien als een verrijking in plaats van een verdeeldheid. Ondanks organisatorische verschillen geloven veel christenen dat ware eenheid niet ligt in uniformiteit, maar in een gedeeld geloof in Christus, als Messias. Men zou kunnen opperen dat alle christenen zich vinden in de universele naastenliefde (agapè), maar dat wordt dan weer tegengesproken door de christelijke godsdienstoorlogen die in Europa plaatsvonden tussen de 16e en vroege 18e eeuw (grotendeels het gevolg van de Protestantse Reformatie die in 1517 begon).
De vraag blijft: is deze diversiteit een teken van groei en aanpassing, of een symptoom van verdeeldheid?
(B.N.)