Vrede

Vrede

Er was een conflict ontstaan over de vraag of niet-Joodse gelovigen besneden moeten worden om gered te worden. Het was een strijdvraag. Rond 48-49 n.Chr. vond het Concilie van Jeruzalem plaats, onder leiding van de Heilige Geest en de apostelen. Uiteindelijk worden de kersverse christenen vrijgesteld van het onderhouden van de Joodse wet. Ze sturen een brief met richtlijnen die de eenheid in de kerk bevorderen zonder onnodige lasten op te leggen.

In de evangelielezing belooft Jezus de Heilige Geest. Jezus spreekt tot zijn discipelen over zijn vertrek en belooft de komst van de Heilige Geest, de Trooster (Grieks: Parakleet). De Geest zal hen onderwijzen en alles in herinnering brengen wat Jezus heeft gezegd. Jezus zegt ook: “Vrede laat Ik u na, Mijn vrede geef Ik u” – een vrede die ook zichtbaar is in de uitkomst van het concilie: vrede is blijkbaar synoniem van eenheid. Het besluit in Handelingen 15 voorkomt verdeeldheid en brengt vrede binnen de jonge kerk.

Om te begrijpen wat Jezus bedoelde met “vrede” in die tijd en context, moeten we kijken naar zowel de Joodse achtergrond als de persoonlijke situatie van de discipelen. Jezus sprak waarschijnlijk Aramees, maar het concept dat Hij overbracht is geworteld in het Hebreeuwse woord shalom. Shalom betekent veel meer dan de afwezigheid van conflict. Het omvat: heelheid en volledigheid, welzijn, zowel lichamelijk als geestelijk, harmonie in relaties (met God, mensen, en de schepping), zegen en voorspoed. Jezus bedoelt dus een diepe, innerlijke rust en zekerheid die voortkomt uit verbondenheid met God. De wereld (in de Romeinse context) kende ook een soort vrede: de Pax Romana – een politieke orde en stabiliteit, vaak afgedwongen met geweld. Jezus contrasteert Zijn vrede met deze uiterlijke, tijdelijke vrede. Zijn vrede is innerlijk, blijvend, en niet afhankelijk van omstandigheden. Jezus bereidt zijn discipelen voor op zijn lijden, dood en vertrek. Ze zijn verward, bang en onzeker over de toekomst. In die context biedt Jezus troost: de Heilige Geest zal komen, en Zijn vrede zal hen dragen.

Het waren de eerste woorden van de nieuwe paus, Leo XIV, na zijn verkiezing op 8 mei 2025: “Pace sia con tutti voi!”. Daarna vervolgde hij met een toespraak waarin hij verwees naar de verrezen Christus en diens vredesgroet aan de leerlingen, zoals ook te vinden is in Johannes 20, 19. Hij zei onder andere: “Lieve broeders en zusters, dit is de eerste groet van de verrezen Christus, de goede herder die zijn leven gaf voor Gods kudde. Ik wil graag dat deze vredesgroet jullie harten bereikt, jullie families, alle mensen, overal ter wereld. Dit is de vrede van de verrezen Christus: ontwapenend, nederig, volhardend. Ze komt van God, die ons allen onvoorwaardelijk liefheeft.”

De paus bedoelde waarschijnlijk: innerlijke rust te midden van chaos (en allerlei oorlogen), vertrouwen in Gods aanwezigheid en leiding (een gave van de Geest, niet iets dat je zelf kunt opwekken).

(B.N.)