Voor alle Theofielen

Voor alle Theofielen

Teófilus zal wel echt bestaan hebben, maar toch is de verleiding groot om in zijn naam de Griekse woorden “theos” (God) en “philos” (vrienden, liefhebbers) te ontwaren en te denken dat Lucas zijn 2 Bijbelboeken speciaal heeft geschreven voor alle mensen die God liefhebben. We weten immers dat de evangelist Lucas de nadruk legt op Jezus die Zijn leven geeft om alle mensen, niet alleen de Joden, maar ook de heidenen, te redden. Vandaar dat de evangelist Lucas geflankeerd wordt door een jonge stier als symbool van offerdier. In het Lucas-evangelie is er speciale aandacht voor de minder bedeelden, de verdrukten, de uitgestotenen.

Na het voorwoord van hoofdstuk 1 lezen we over het optreden van Jezus als rondtrekkend prediker/leraar in Galilea in hoofdstuk 4. We krijgen tevens een beeld van hoe een eredienst in de synagoge verliep. Jezus mocht, rechtstaande,  een stukje uit de Profeten lezen en Hij mocht aansluitend een woordje uitleg verschaffen, zittend. Het lijkt allemaal heel gewoon, maar er zijn enkele opvallende details.

Ten eerste, leest Jezus slechts anderhalf vers, namelijk Jesaja 61, 1-2a. Jezus sloot met andere woorden de boekrol in het midden van een zin. Jezus stopt bij de afkondiging van het genadejaar van de Heer; Hij laat het tweede zinsdeel, namelijk de “dag van wraak voor onze God” vallen, misschien omdat Hij vond dat het Laatste Oordeel nog niet aan de orde was bij het begin van Zijn missie. Er hing spanning in de lucht: Jezus had alle aandacht.

Ten tweede gaf Jezus geen echte preek of Schriftuitleg. Integendeel, Hij zei slechts één ding: ‘Het Schriftwoord dat gij zojuist gehoord hebt, is thans in vervulling gegaan.’

Jezus zei met andere woorden dat Hij door God Zelf aangewezen werd als de Messias. Deze mini-preek was zo verrassend dat de Joodse toehoorders het niet meteen door hadden: ze stemden in met Hem en waren vol lof. Maar het enthousiasme (letterlijk het van God vervuld zijn) is van heel korte duur: de rabbi wordt gedegradeerd tot de zoon van de timmerman. Jezus had zo’n grote woede opgewekt dat de toehoorders Hem niet alleen verdreven, maar ook wilden vermoorden.

Wat is er mis gelopen in de synagoge van Nazareth? Drie dingen.

Ten eerste, die zoon van de timmerman kon toch niet de lang verwachte Messias zijn? Veel toehoorders hadden plotseling grote twijfels bij Zijn opleiding, onderricht of kennis (zie Joh 7, 15).

Ten tweede is het goede nieuws voor de arme mensen altijd slecht nieuws voor de rijke mensen. Niemand weet of Jezus Zelf dit stukje uit Jesaja had gekozen, maar Hij profileerde Zich met dit stukje als de vreugdebode die de Blijde Boodschap komt brengen voor de armen, die mensen die gevangen zitten in zonde komt bevrijden, die mensen met een beperking komt genezen en die een nieuw tijdperk komt inluiden. In de tijd van Jezus waren de meeste Joden overtuigd dat iedere handicap of ziekte een straf van God was.

Ten derde geeft Jezus duidelijk te kennen dat God Zijn aandacht gaat schenken aan de heidenen. Jezus verwijst naar de profeet Elia die zich richtte tot de weduwe van Sarepta (in het huidige Libanon!) en naar de profeet Elisa die enkel en alleen de “Syriër Naäman” reinigde (en dit terwijl er genoeg weduwen en melaatsen waren in Israël!). Tot op heden is het Jodendom niet geneigd om veel andere mensen te betrekken bij hun mooie godsdienst. Jezus dacht er anders over: het genadejaar van de Heer bestaat erin dat God Zijn Heil uitstrekt over de hele mensheid. Na de Thora en de Profeten te hebben geschonken aan het uitverkoren volk, zendt God nu Zijn Zoon als levend voorbeeld. Die Zoon zou ons inderdaad een voorbeeld geven dat wij moeten volgen (zie Joh 13, 15): de voetwassing, als symbool van nederig dienstbetoon. Dit zagen de Joodse leiders echt niet zitten. De eerste lezing geeft een goed idee hoe hard het Joodse volk aan elkaar hing (of op zichzelf gericht was) ten tijde van Nehemia, Ezra,… Ook voor ons blijft het revolutionaire kantje van Jezus een heikel punt: eeuwenlang stond de Katholieke Kerk aan de kant van de rijken, waardoor een priester als Daens eind 19de eeuw vlakaf veroordeeld werd door de Kerk. De sociaal bewogen aartsbisschop Romero vond in 1980 geen luisterend oor in het Vaticaan. In 2018 werd Romero heilig verklaard. Beter laat dan nooit voor de ‘bisschop van de armen’ zoals Obama hem noemde.

Bernard