Geloof en belofte
In Genesis belooft God aan Abraham dat zijn nageslacht talrijk zal zijn als de sterren aan de hemel. Deze belofte wordt bezegeld met een verbond, waarbij God symbolisch door de stukken van de dieren gaat, wat de zekerheid van Zijn belofte benadrukt.
In de evangelielezing horen we het verhaal van de Gedaanteverandering van Jezus. Jezus neemt Petrus, Johannes en Jakobus mee de berg op, waar Hij verandert van gedaante en straalt in heerlijkheid. Mozes en Elia verschijnen en spreken met Jezus over Zijn naderende lijden en dood in Jeruzalem. Deze gebeurtenis bevestigt Jezus’ goddelijke natuur en de vervulling van de beloften van het Oude Testament.
De Gedaanteverandering van Jezus is een belangrijke gebeurtenis in het Nieuwe Testament, beschreven in de evangeliën van Mattheüs, Marcus en Lucas. Jezus neemt drie van zijn discipelen – Petrus, Johannes en Jakobus – mee een hoge berg op om te bidden. Terwijl Jezus bidt, verandert zijn uiterlijk. Zijn gezicht straalt als de zon en zijn kleren worden stralend wit.
Mozes en Elia verschijnen en spreken met Jezus over zijn naderende lijden en dood in Jeruzalem. Een wolk overschaduwt hen en een stem uit de wolk zegt: “Dit is mijn Zoon, de Uitverkorene; luistert naar Hem.”
De Gedaanteverandering bevestigt Jezus’ goddelijke natuur en zijn rol als de vervulling van de Wet (Mozes) en de Profeten (Elia). Het is een moment van openbaring voor de discipelen, die een glimp opvangen van Jezus’ ware heerlijkheid en van hun eigen gedaanteverandering bij de dood.
(B.N.)